STRIJDPUNT /
‘Onderwijzer’: een horoscoop?
KOEN VAN KERKHOVEN // secretaris-generaal COC
De onderwijsvakbonden sloten zich op 6 maart 2023 aan bij de actieweek van de openbare diensten, omdat ook het onderwijs voor grote uitdagingen staat. Daarom startten de vier bonden die week een brede informatiecampagne in alle onderwijsniveaus: in het kleuter-, het lager, het secundair, het hoger, het volwassenen-, het deeltijds kunstonderwijs, de centra voor basiseducatie en de CLB’s.
COC wil samen met de andere onderwijsvakbonden de stem van de experts in de leraarskamers en personeelsruimtes laten klinken. Het onderwijspersoneel vertelt ons namelijk almaar luider dat het de indruk heeft dat er in Brussel amper naar hen geluisterd wordt.
Succesvolle start
Slechts een paar uur nadat de actie gestart was, stroomden de eerste reacties al binnen in onze mailboxen. Het leeft: er waren veel vragen, zorgen, bedenkingen, suggesties en ideeën. Tegen het einde van de week merkten we dat de videoboodschap die het startschot vormde van de campagne, al meer dan achtduizend keer bekeken werd. Dat mogen we gerust een succes noemen, want de link werd op dat ogenblik nog niet gedeeld op de websites of sociale media van de onderwijsvakbonden. De vakbondsafgevaardigden en hun collega’s kregen namelijk als eersten het voorrecht om de boodschap te zien in de week van de openbare diensten. De aftrap is gegeven, de discussies in de leraarskamer kunnen starten.
Breed kleurenpalet
Het onderwijspersoneel staat onder grote druk. Denk maar aan de juridisering, planlast, het gebrek aan een begrenzing van de kerntaken, de digitale infrastructuur en de nood aan opleiding daarover.
In de lerarenkamers woeden discussies over dalende leerprestaties, het bedreigde personeelsstatuut, het lerarentekort, de hoge werkdruk, de modernisering van het secundair onderwijs, het ontbreken van erkenning en respect ... En wat te denken van de arbeidsomstandigheden? Is een jaaropdracht wel de goede manier om jobs in onderwijs aantrekkelijker te maken?
Om een juiste schoolkeuze te maken, blijft het belangrijk om een school te bezoeken en het pedagogische project te leren kennen. Dat is onmogelijk te vatten in een cijfermatig instrument.
Heel wat personeelsleden kropen na de start van de informatiecampagne in hun pen en schreven naar COC. Het is opvallend hoe bepaalde items telkens terugkeren. Zo ervaren personeelsleden van heel wat scholen die met een digitaal leerplatform werken dat de administratie en planlast toenemen. Zij voelen zich stilaan meer boekhouder dan leraar. Door de digitalisering stijgt ook de druk om alles te verantwoorden, terwijl het gevoel verkleint dat het personeel als een autonome professional functioneert en daarbij vertrouwen geniet. Veel personeelsleden zijn op zoek naar arbeidsvreugde: die hopen zij terug te vinden door (meer) kennis te mogen overdragen. Zij willen dat het beroep van leraar opnieuw focust op de interactie met leerlingen. Zij ervaren een toenemende druk op wat zij hun “zorgschool” noemen. Opvallend veel berichten gaan over de (verkorte) opleiding tot leraar. Zijinstromers zonder lerarendiploma ervaren de combinatie van werk en opleiding dikwijls als onhoudbaar. Er is een grote vraag om anders te werken op het einde van de loopbaan. En tot slot klinkt ook de roep naar meer bottum-up werken. Want erkenning voor de experten in de klas vertaalt zich het best in de erkenning van hun stem.
‘Onderwijzer’: een horoscoop?
COC ontving ook al heel wat reacties op de nieuwe tool ‘Onderwijzer’, die een krant onlangs lanceerde. Daarin kan je per school uit het secundair onderwijs onder andere opzoeken hoeveel A-, B- en C- attesten die school uitgereikt heeft, hoeveel leerlingen doorstromen naar het hoger onderwijs en hoe snel ze daar een bachelordiploma halen. COC heeft grote bedenkingen bij dat instrument. De belangrijkste aspecten die een schoolkeuze bepalen, zijn namelijk niet in cijfers te vatten. Bovendien moet je de resultaten in ‘Onderwijzer’ met de nodige voorzichtigheid lezen. Er zijn scholen met alleen de doorstroomfinaliteit en er zijn scholen met doorstroom-, dubbele en arbeidsmarktfinaliteit. Daarnaast is er een verschil tussen scholen die zes jaar aanbieden en eerstegraads- en bovenbouwscholen. Bijgevolg staan er terecht een hoop disclaimers bij de resultaten op de website.
Maar hoe interpreteer je die dan? Scholen met gemiddeld meer B- en C-attesten zijn misschien scholen die veel oog hebben voor kwaliteitsbewaking. Dat kunnen scholen zijn die er alles aan doen om leerlingen zo ver mogelijk te brengen, maar op het einde van de rit hen niets willen wijsmaken en dus het correcte attest afleveren. COC hoort regelmatig dat leraren onder druk gezet worden om leerlingen te laten slagen. Meer A-attesten zijn dan allesbehalve een indicator van een positieve evolutie. De cultuur van de school en hoe ze omgaat met leerlingenbegeleiding, heeft een groot effect op de leerprestaties van de leerlingen. Als leerlingen zich goed voelen op een school, zullen zij daar meer en beter kunnen leren. Niet iedereen voelt zich overal op zijn plaats, dat is subjectief. Om een juiste keuze te maken, blijft het dus belangrijk om een school te bezoeken en het pedagogische project te leren kennen. Dat is onmogelijk te vatten in een cijfermatig instrument.
‘Onderwijzer’ heeft dezelfde voorspellende waarde als een horoscoop. Veel mensen geloven erin, maar op weinigen is de prognose écht van toepassing. Het gevaar is dat ouders scholen zullen rangschikken op basis van deze gegevens, waarvan het precieze belang niet altijd in te schatten is. Nog vooraleer de Vlaamse toetsen zijn gelanceerd, stelde Pedro de Bruyckere vast dat rankings van scholen opgemaakt kunnen worden door de gepubliceerde gegevens te vergelijken. Tijdens de Olympische Spelen worden ook medailles uitgereikt, maar netjes geordend per discipline. Misschien maken we op de volgende Spelen kennis met een nieuwe discipline: om ter snelst honderd meter afleggen waarbij elke deelnemer de eindmeet op een andere manier moet bereiken. Van de zes deelnemers per wedstrijd moet er dan één lopen, één snelwandelen, één achteruitlopen, één zwemmen, één fietsen en één kruipen. Die methode wordt voor elke deelnemer geloot.
Debatten na de paasvakantie
Na de paasvakantie zullen op onze sociale media geregeld filmpjes verschijnen, waaruit kernvragen rond de uitdagingen in onderwijs naar voren komen. Mensen uit het veld zullen getuigen. De kernvragen komen ook op affiches in de leraarskamers, om het debat daarrond verder te zetten. De vakbondsafgevaardigden zullen alle informatie van het personeel verzamelen en bezorgen aan hun provinciale secretariaat. COC gaat er daarna mee aan de slag. Want de inbreng van het onderwijspersoneel heeft voor COC wél een grote voorspellende waarde.
Bekijk hieronder de videoboodschap die de infocampagne van de onderwijsvakbonden aftrapt.