BASISONDERWIJS /
De Vlaamse toetsen getoetst
Joeri Meynen // Leestijd: 2 minuten
Begin deze maand zette de Commissie Onderwijs het licht op groen voor de Vlaamse toetsen. Samen met nieuwe eindtermen vormen ze het paradepaardje voor minister Weyts om iets aan de dalende kwaliteit van ons onderwijs te doen. Die nieuwe eindtermen voor basisonderwijs zullen er deze legislatuur niet meer komen, vermoeden we. De Vlaamse toetsen moesten dat koste wat het kost wel. Wat betekenen die toetsen voor de scholen en voor jullie? En waarom zijn we er zo’n koele minnaar van?
Dat we toetsen is voor elk van ons een evidentie. We willen weten in welke mate de leerlingen de doelen beheersen en zicht krijgen op hun leervorderingen. De resultaten helpen bij remediëring en tonen aan in welke mate we goede lessen hebben gegeven. Op schoolniveau dragen ze bij aan de optimalisatie van de eigen onderwijskwaliteit.
Heden en toekomst
Op het einde van het basisonderwijs moet elke school voor minstens drie (deel)leergebieden in kaart brengen hoe haar leerlingen daarop scoren. Daarvoor kunnen scholen een keuze maken uit een aantal gevalideerde toetsen die de verschillende onderwijsverstrekkers aanreiken. Vanaf volgend schooljaar zullen in alle basisscholen verplichte Vlaamse toetsen Nederlands en wiskunde worden afgenomen1. Vanaf 2023-2024 gebeurt dat in het vierde leerjaar, vanaf 2025-2026 ook nog eens in het zesde leerjaar De verplichte screening van de drie
(deel)leergebieden wordt afgeschaft.
De minister kiest er dus voor om de vakken Nederlands en wiskunde tot belangrijkste uit te roepen. Hij vindt het niet nodig om een zicht te krijgen op de totaalontwikkeling van de leerling. Hij wekt minstens de indruk dat hij niet beseft hoe de eindtermen van het basisonderwijs opgesteld zijn. Toch heeft hij, naar eigen zeggen, slecht één helder doel voor ogen: de onderwijskwaliteit versterken. Het geeft in elk geval weinig blijk van vertrouwen in het beleidsvoerend vermogen van de scholen.
Toetsen we wat we moeten toetsen?
We hoeven jullie niet uit te leggen dat er een fundamenteel verschil is in de manier waarop eindtermen in het basisonderwijs en in het secundair zijn opgesteld. In het secundair hebben we voor elke graad van twee leerjaren een volledig pakket van eindtermen. In ons basisonderwijs daarentegen, hebben we één set van eindtermen die op het einde van dat basisonderwijs door de leerling behaald moeten zijn. Scholen hebben de vrijheid om de weg naar het behalen van die eindtermen zelf uit te stippelen. Kortom, er is geen opgelegde planning om te bepalen welke leerstof wanneer behandeld moet zijn.
Dat de toetsen in het zesde leerjaar afgenomen zullen worden, lijkt logisch. Alle leerlingen uit het Vlaamse basisonderwijs zouden op dat ogenblik dezelfde eindtermen bereikt moeten hebben. Van de toetsen in het vierde leerjaar, zijn we veel minder overtuigd. Ze kunnen gebruikt worden om de individuele leervordering van een leerling van het vierde naar het zesde leerjaar in kaart te brengen, maar verder …?
Meten is weten, maar is dat voldoende?
Eens de toetsen zijn afgenomen en de resultaten bekend zijn, lijkt het verhaal van de Vlaamse toetsen geschreven te zijn. Volgens ons zou dat echter slechts het eerste hoofdstuk mogen zijn van een veel lijviger boek.
We citeren enkele beoogde resultaten van de toetsen:
• Een beter inzicht in de onderwijsprocessen
• Een extra hulpmiddel voor schoolteams bij hun kwaliteitszorg
• Betere begeleiding voor scholen die beneden verwachting presteren
In het decreet vinden we echter geen enkele aanwijzing op welke manier dat zal gebeuren …
En dan nog dit ...
De Vlaamse toetsen werden niet onderhandeld. De motivatie is dat er geen implicaties voor het onderwijzend personeel zouden zijn. Mogen we jullie vragen ons een seintje te geven wanneer jullie binnenkort wordt gevraagd de digitale toetsomgeving al eens op voorhand te verkennen, de toetsinstructies door te nemen, jullie lessen te herschikken … We nemen die reacties graag mee in onze volgende overlegmomenten met het kabinet.
1. Ook in het secundair zal de beheersing van Nederlands en wiskunde getoetst worden. Vanaf volgend schooljaar in het tweede jaar, vanaf 2026-2027 ook in het zesde jaar.