/Producer
Tekst - Lieven Bax | Foto's - Jan Locus en VRT | Leestijd - 2 minuten
Ze had een belangrijk aandeel in het iconische VRT-kinderprogramma Tik Tak en het is ook mee haar verdienste dat de Ketnet-kijkers sinds eind september al het derde jaar kunnen genieten van hun eigen versie van Homo Universalis. En toch is de kans klein dat er buiten haar collega’s iemand Julie Dewit kent van haar job als producer bij de jongerenzender van de VRT. “Dat de regisseur en redactie waarderen hoe ik ervoor zorg dat zij in de beste omstandigheden een programma kunnen maken, is meer dan genoeg.”
JOB IN DE KIJKER /
Julie studeerde communicatiewetenschappen, een masteropleiding waarvan men zegt dat ze alleen mensen aantrekt die in feite geen idee hebben welke studierichting zij willen inslaan. Maar misschien bevestigen de uitzonderingen ook hier de regel. “De richting communicatiewetenschappen sloot het best aan bij mijn interesse in de media die tijdens de lessen Nederlands op de middelbare school is ontstaan”, vertelt Julie ons in de plantentuin van het VRT-gebouw. “Ik wist alleen niet wat later met dat diploma te beginnen.”
Haar stageperiode bij het televisieproductiehuis TV Bastards deed Julie inzien dat tv-productie haar ding is. “Ik had als scoutsleidster al gemerkt dat ik heel goed ben in organiseren. En toen ik tijdens mijn stage tien dagen als productie-assistente mee op bootcamp mocht met de kandidaten van K3 zoekt K3 ontdekte ik: dit is hetzelfde als een scoutskamp inrichten, maar dan tegen betaling. Hoe zalig.”
Sales
Toen Julie in 2016 afstudeerde, had ze nog niet zoveel contacten in de televisiewereld. “En de mensen die ik kende, konden mij niet meteen aan een job helpen”, herinnert ze zich. Dus begon Julie haar professionele loopbaan als account-assistent bij Roularta Media Group. “Maar sales ligt mij blijkbaar niet”, leerde ze uit die – korte – periode. Gelukkig kreeg Julie een goed half jaar later telefoon van Ketnet. “Ketnet was dringend op zoek naar een productie-assistente en iemand waarmee ik tijdens mijn stage samenwerkte dacht aan mij. Zo ben ik hier beland.”
Het eerste televisieproject waaraan Julie meewerkte was Ketnet Musical. Daarna ging ze eerst nog een korte periode aan de slag bij het productiehuis Shelter als productie-assistente in het team dat het verborgencameraprogramma Hoe Zal Ik Het Zeggen maakte. Maar sinds augustus 2018 ligt Julies professionele focus onafgebroken op de VRT. “Ik was projectleider van Ketnet Junior en producer van Tik Tak, fungeerde als project manager bij de rebranding van Ketnet, begeleidde als producer de STIP IT-campagne (tegen pesten – nvdr) en ben nu het tweede jaar producer van de Ketnet-versie van Homo Universalis.”
Haar concrete rol ziet er niet altijd hetzelfde uit. “In theorie bepalen de regisseur en de redactie de inhoud van het programma en sta ik als producer in voor de praktische organisatie: het opmaken van de planning, de personeelsadministratie, het budgetbeheer, de catering,… Maar erg strikt is die afbakening niet. Zo heb ik voor het nieuwe seizoen van Homo Universalis ook een aantal vragen mogen bedenken.”
“Het lijkt op het organiseren van een scoutskamp, maar dan tegen betaling”
Julie Dewit
Dansend mannetje
Julie had dus bijna alleen nog maar haar aandeel in kinderprogramma’s. “Geen bewuste keuze”, beklemtoont ze. “Maar het voelt ondertussen wel goed aan om voor en met kinderen te werken. Een kinderprogramma maken is altijd net iets leutiger. En in programma’s voor kinderen is er ook meer mogelijk. De Ketnet-versie van Homo Universalis speelt zich dit seizoen af in een decor met extra lichtkleuren en een dansend mannetje op de achtergrond. Iets dat je in de volwassen versie niet snel zal tegenkomen.”
Toch wil Julie zich op termijn niet tot kinderprogramma’s beperken. “Ik hou graag alle opties open. Of ik mij hetzelfde zie doen in de film- of theaterwereld? Misschien wel. Ook al wacht er mij dan terug een enorme leerschool. Ik heb geen televisieopleiding genoten. Daarom neem ik nu soms beslissingen puur op basis van mijn buikgevoel. En dat blijkt goed te zitten. Maar of dat ook in andere sectoren zo is, weet ik net. Dat zal de toekomst eventueel uitwijzen.” //