SOCIALE VERKIEZINGEN /
Enige kandidaat, maar toch een impact in dienstenchequebedrijf
TEKST Génévieve Laforet I Foto Aude Vanlathem | 17 JANUARI 2024 | LEESTIJD: 4 MINUTEN
De sociale verkiezingen komen er aan. Tussen 13 en 26 mei 2024 kiezen de werknemers in de meeste privésectoren hun vertegenwoordigers voor de Ondernemingsraad en/of het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk. Zij zijn de stem van hun collega’s binnen het sociaal overleg. De komende maanden gaan we op zoek naar wat onze militanten zoal verwezenlijkt hebben tijdens hun mandaat. Vandaag: Elena, die op haar eentje verbeteringen kon bekomen in het Brussels dienstenchequebedrijf waar ze werkt.
Tijdens de sociale verkiezingen van 2020 werd er voor het eerst een vakbondsvertegenwoordiging ingevoerd in het Brusselse dienstenchequebedrijf waar Elena werkt. Ze vroeg om de naam van het bedrijf niet te vernoemen, net als haar volledige naam – die uiteraard gekend is bij de redactie. Het ACV deed verschillende oproepen in het bedrijf, dat met een honderdtal huishoudhulpen werkt, en Elena koos om er voor te gaan. Als enige kandidaat werd ze sowieso verkozen, zonder dat er overlegorganen konden worden ingericht. Toch oefende ze haar mandaat volwaardig uit én verkreeg ze substantiële verbeteringen voor haar collega’s. Ook al werkt Elena niet meer bij het bedrijf in kwestie, ze blijft bezorgd om de verderzetting van haar syndicaal werk. We spraken naast Elena ook met Maria, een andere afgevaardigde, en met hun secretaris Marina Künzi.
Dat het werken bij het Brussels dienstenchequebedrijf niet makkelijk was, is een understatement. In 2020 zijn de werkomstandigheden in het bedrijf moeilijk, zowel in het strijkatelier als bij de klanten. In het atelier zijn de fysieke omstandigheden slecht: je wordt per stuk betaald en opgelopen brandwonden door de hete stoom waren schering en inslag. Daarnaast heerste er ook een toxische werksfeer. De taken bij de klanten zijn dan weer niet goed omschreven en soms ondankbaar, het werkmateriaal is niet altijd ergonomisch en de gebruikte producten kunnen ongezond of zelfs giftig zijn. De preventieadviseur oefent geen enkele controle uit op de plaatsen waar de mensen werken. Ondanks het feit dat de sector voor 70% wordt gesubsidieerd, maakt hij geen deel uit van de non-profit en ook niet van de sociale economie. Commerciële én financiële doelstellingen voeren de boventoon.
-//-
“Ondanks het feit dat de sector voor 70% wordt gesubsidieerd, maakt hij geen deel uit van de non-profit en ook niet van de sociale economie. ” Elena
_
Hoe bouw je een band op met personeelsleden die verspreid zijn over verschillende werkplekken?
“Afzondering is het dagelijkse lot van huishoudhulpen... Niet alleen zijn ze verspreid en ontmoeten ze elkaar bijna nooit, zelfs als ze naar het bureau komen om hun cheques af te geven, hebben we niet de mogelijkheid om een praatje met hen te maken, ook al werken we daar. Bovendien is het personeel, dat soms erg kwetsbaar is, bang om de job kwijt te raken. Daarom hebben we met de vakbond een WhatsAppgroepje aangemaakt om te kunnen communiceren met onze leden (als ze hun toestemming gaven), hun individuele vragen te beantwoorden, hun klachten te verzamelen en hen te informeren. Geleidelijk aan, na de coronacrisis, slaagden we erin om banden te smeden tussen collega’s, om vergaderingen te organiseren, pamfletten te verspreiden, maar ook om de contacten met de directie te structureren.”
Ondanks de moeilijkheden hebben jullie knap werk verricht. Wat is jullie belangrijkste overwinning?
“Het arbeidsreglement moest worden herzien. De wetgeving over de preventie van psychosociale risico’s was er immers nooit in opgenomen en de procedures voor de registratie van de arbeidstijd ontbraken. Bovendien was het arbeidsreglement voor velen onbekend. Doordat er geen ondernemingsraad was ingesteld, wijzigde de directie het bestaande arbeidsreglement. Zoals voorzien in de wetgeving, hebben de werknemers, via hun afgevaardigden, hun opmerkingen over het project ingediend en, zoals voorzien in de procedure, is de inspectie op de sociale wetten ons komen helpen om het document af te werken. De twee inspecteurs waren uitstekende bemiddelaars. We zijn met de directie overeengekomen om voor de werktijd te prikken via sms, Whatsapp of e-mail, aangezien de huishoudhulpen voor en na het werk niet naar het bureau komen. We onderhandelden over een vaste tussenkomst van 10 euro netto per maand, opgenomen op de loonstrook, voor het gebruik van de gsm.”
-//-
We willen gewoon fatsoenlijke arbeidsomstandigheden, arbeidsverhoudingen die gebaseerd zijn op respect en wederzijdse hulp en meer rechtvaardigheid.
_
Hoe zien jullie de komende vier jaar?
“Het is vooral superbelangrijk te garanderen dat er een vakbondsvertegenwoordiging in het bedrijf is dankzij de aanstelling van afgevaardigden. Verder gaan we proberen collega’s te overtuigen om zich kandidaat te stellen voor de sociale verkiezingen om zo overlegorganen te kunnen oprichten. Het zal niet makkelijk zijn: het duurde twee jaar om twee huishoudhulpen te overtuigen om zich bij de vakbond aan te sluiten als afgevaardigde. Ons doel is zeker niet om systematisch tegen de directie in te gaan en evenmin om het onmogelijke te vragen. We willen gewoon fatsoenlijke arbeidsomstandigheden, arbeidsverhoudingen die gebaseerd zijn op respect en wederzijdse hulp en meer rechtvaardigheid.”