MOBILITEIT /
Nog meer bedrijven richting mobiliteitsbudget?
FOTO pawel czerwinski | TEKST Fien Vandamme | 17 JANUARI 2024 | LEESTIJD: 3 MINUTEN
Het mobiliteitsbudget is een alternatief voor werknemers die recht hebben op een bedrijfswagen, maar er geen interesse in hebben. Meer en meer bedrijven bieden dit tegenwoordig aan, maar door een aanpassing aan de regelgeving hoopt de overheid dat nóg meer bedrijven overstag gaan.
Vanaf 1 januari 2024 zijn er enkele veranderingen in de regelgeving omtrent het mobiliteitsbudget die de moeite waard zijn om onder de loep te nemen. Zo zullen de minimum- en maximumbedragen van het budget jaarlijks worden geïndexeerd. Maar, opgelet: dit houdt geen verplichting in naar de werkgever toe om het mobiliteitsbudget jaarlijks te indexeren. Het gaat om het kader waarbinnen mobiliteitsbudgetten kunnen worden ingericht. Bedrijfsspecifieke afspraken moeten zich houden aan de minimum- en maximumbudgetten, maar kunnen onderling verschillen.
Daarnaast worden de uitgaven voor duurzame vervoersmiddelen die vanaf 1 januari binnen pijler 2 gemaakt worden, niet beperkt tot België, maar mogen ze in de volledige Europese Economische Ruimte worden gemaakt.
De grootste wijziging is echter het feit dat er vanaf nu een berekeningswijze voor het mobiliteitsbudget zal worden voorgesteld. Tot nu toe was dit voor vele werkgevers een groot struikelblok. Er was niet altijd duidelijkheid over welke kosten al dan niet moesten worden meegenomen in de berekening van dit budget. Dankzij deze veranderingen, zal de werkgever kunnen kiezen tussen een eigen berekeningswijze aan de hand van de werkelijke kosten die verbonden zijn aan de bedrijfswagens, of een forfaitaire waardenmethode. Zo hoopt men de drempel te verlagen, en meer bedrijven te overhalen om het mobiliteitsbudget aan te bieden.
Ook omtrent een overheveling van de beheerskosten, momenten van toetsing van het mobiliteitsbudget aan de wettelijke minimum- en maximumgrenzen, en andere zaken werden er zaken gewijzigd.
/Wat is het mobiliteitsbudget alweer?
Het mobiliteitsbudget is een alternatief voor iedereen die recht heeft op een bedrijfswagen, maar hier geen interesse in heeft. Daarnaast kiest de werkgever er zelf voor om het mobiliteitsbudget al dan niet te voorzien. Hij is hier niet toe verplicht. Zo hoopt men duurzame mobiliteit te stimuleren. De waarde van het mobiliteitsbudget komt overeen met de TCO (Total Cost of Ownership) van de wagen waar je in principe recht op hebt.
/Drie pijlers om het in te spenderen
Binnen deze pijler kan de medewerker kiezen voor de financiering van de terbeschikkingstelling van een milieuvriendelijkere bedrijfswagen.
Het budget kan worden ingezet voor een veelheid aan mobiliteitsmogelijkheden (vb. aankoop van een elektrische fiets, treinabonnement, etc.) en zelfs huisvestingskosten.
Indien het bedrag op het einde van het kalenderjaar niet volledig werd gespendeerd, kan het worden uitbetaald. Na aftrek van een bijzondere werknemersbijdrage van 38,07% (waarmee ook sociale rechten worden opgebouwd, met uitzondering van vakantie). De werknemer is vrij om het budget te spenderen over de verschillende pijlers.