MIJN INDEX /
Rik: "Indexering is geen loonopslag, maar compensatie van gestegen levensduurte"
TEKST Patrick Van Looveren | FOTO James Arthur | LEESTIJD: 2 MINUTEN
/OOSTENDE 2.02.23
Rik Cooleman (55) werkt al 26 jaar als brandweerman. Als personeelslid van de overheid wordt zijn wedde geïndexeerd met 2% de tweede maand volgend op de maand waarin de spilindex wordt overschreden. Zijn laatste loonaanpassing kreeg hij in januari, omdat de spilindex in november 2022 werd overschreden.
Rik is korporaal-peloton bij de brandweer in hulpverleningszone 1 in West-Vlaanderen. Zijn standplaats is de brandweerkazerne in de Velodroomstraat in Oostende. “Ik ben 15 jaar meegegaan met de ambulance. Dat doe ik niet meer. Ik stuur nu een team aan van 4 mensen. Ik ga als eerste van mijn team binnen bij een brand. We doen vooral kleine interventies. We worden bijvoorbeeld ook ingeschakeld bij een omgewaaide boom. Ik verdien goed mijn boterham, om en bij de 3000 euro netto per maand. Dat komt voor een groot stuk door de lange anciënniteit die ik intussen heb opgebouwd. Een beginnende brandweerman moet het met veel minder doen. Aan dat nettobedrag kom ik ook door de extra premie van 38% die we krijgen voor operationaliteit (onderhouden van fitheid en competenties) en onregelmatige prestaties. Die premie telt wel niet mee voor het pensioen. Brandweerman is geen evident beroep. Je bent ook ‘s nachts en in de weekends aan de slag en komt vaak in risicovolle, zeg maar gevaarlijke, situaties. We moeten ons permanent bijscholen. Je moet bijvoorbeeld een grote materialenkennis hebben.
Door de snel oplopende inflatie het afgelopen anderhalf jaar is de spilindex sinds september 2021 zes keer overschreden. Ons loon werd telkens aangepast. Een loonsverhoging is dat niet. Het is enkel een stuk compensatie voor de gestegen levensduurte. Als je geen indexaanpassing krijgt, dan verlies je koopkracht. Voor de gemeenten die instaan voor de financiering zijn de regelmatige indexaanpassingen wel een harde dobber. Zij krijgen die slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de hogere overheid en de lonen maken 80% uit van de uitgaven.”