close

Vraag of opmerking? Laat het ons weten!

Terug naar huidig nummer

ACTUEEL /

Sociale uitkeringen opnieuw omhoog met de rem op

TEKST Chris Serroyen I Illustratie Stone Pictures | 13 DECEMBER 2023 | LEESTIJD: 3 minuten

Dankzij de automatische indexering bij elke stijging van de gezondheidsindex met 2% wisten we de sociale uitkeringen te beveiligen tegen sterke ontwaarding door hoge inflatie. Op 1 november kwam er zo opnieuw 2% bij. En volgens de verwachtingen van het Planbureau ook nog eens op 1 april 2024. Maar de voorbije jaren wist het ACV ook belangrijke verhogingen boven de index te bekomen. Deels met het tweejaarlijkse budget voor de welvaartsvastheid van de sociale uitkeringen. Deels door het meerjarenplan dat de regering-De Croo er in 2020 bovenop legde: op 1 januari telkens bijkomende verbeteringen, en dat vier jaar lang. Al nam de regering dit jaar wat gas terug. Van het budget voor welvaartsvaste minima voor volledig werklozen werd 40 miljoen euro afgepitst. En van de aangekondigde verhogingen voor 1 januari 2024 – de vierde en laatste stap van het meerjarenplan – bleef alleen een (beperktere) verhoging van het minimumpensioen over. De rest werd om budgettaire redenen geschrapt. Wat geven de welvaartsvastheid en het restant van de vierde stap van het meerjarenplan nu samen voor 2024?

Voor de gepensioneerden

Vooraf: we hebben het hier over het werknemersstelsel en dus niet de overheidspensioenen.

• Het minimumpensioen wordt op 1 januari 2024 met 2,08% verhoogd (en dus niet met 2,65% waarvan eerder sprake). Dat brengt het minimum bij een volledige loopbaan (45 jaar) voor een alleenstaande op 1.738,55 euro bruto per maand, dus 35,42 euro meer. Voor een gezinspensioen wordt dat 2.172,50 euro.
• Voor weduwen of weduwnaars met een overlevingspensioen of tijdelijke overgangsuitkering wordt het minimum 1.715,31 euro bruto op 1 januari 2024.
• Voor pensioenen die boven het minimum zitten en die in het jaar 2019 zijn ingegaan komt er 2% bij op 1 januari 2024.
• Voor wie nieuw op pensioen gaat wordt het grensbedrag (plafond) voor het loon waarop het pensioenbedrag wordt berekend opnieuw verhoogd met 2% op 1 januari 2024.
• Voor werknemers met lage lonen maar minstens 15 jaren loopbaan stijgt het minimumjaarrecht en het grensbedrag voor het minimumjaarrecht opnieuw met 2% op 1 januari 2024. Dat houdt in dat voor de loopbaanjaren met minstens 104 voltijdse dagen het pensioen minstens wordt berekend op een jaarloon van 32.492 euro.
• Voor wie een pensioen cumuleert met een uitkering bij arbeidsongeval daalt de sociale bijdrage op die uitkering verder van 4,45% naar 3,55%. Voor de cumul van pensioen en uitkering voor beroepsziekte gebeurde dit al op 1 juli 2023. Weet dat de bijdrage op uitkeringen bij beroepsziekte of arbeidsongeval normaal 13,07% bedraagt. Met het geld van de welvaartsvastheid wisten we dat percentage bij cumul met pensioen de voorbije 9 jaar stapsgewijs te verlagen, om uiteindelijk gelijk te brengen met de maximumbijdrage van 3,55% op het pensioen. Waardoor van de uitkering nu (vóór belastingen) 10,95% meer overblijft dan negen jaar geleden.
• Noteer dat in 2024 ook het vakantiegeld voor gepensioneerden nogmaals omhoog gaat, deze keer met 2,55%. Dit komt in mei 2024 op de rekening. Er wordt nog in april een indexering verwacht met 2%. Dan zou er als extra vakantiegeld in mei bovenop die indexering nog 29,14 euro bruto bijkomen. In geval van gezinspensioen wordt dat 36,43 euro extra in mei.

Voor zieken, invaliden en slachtoffers van beroepsziekte of arbeidsongeval

• Voor nieuwe gevallen verhoogt het loonplafond waarop het pensioenbedrag wordt berekend opnieuw met 1,1% op 1 januari 2024.
• Voor uitkeringen die boven het minimum zitten en die in het jaar 2019 zijn ingegaan komt er bruto 2% bij op 1 januari 2024.
• De sociale bijdrage die op de uitkering bij arbeidsongeval moet worden betaald bij cumul met een pensioen daalt verder tot 3,55% op 1 januari 2024 (nadat dit al op 1 juli gebeurde voor de uitkering bij beroepsziekte). Het is het sluitstuk van een stapsgewijze vermindering gedurende 9 jaar (zie hoger).
• Het vakantiegeld (inhaalpremie genoemd) voor invaliden (dus na 1 jaar ziekte) zonder gezinslast stijgt in 2024 nog eens met 5 euro. Dit wordt in mei uitbetaald. De invaliden met gezinslast kregen de volledige verhoging al in mei 2023.

Voor personen met een RVA-uitkering, een leefloon, een inkomensgarantie voor ouderen (IGO) of een inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) voor personen met een handicap, zit er voor 2024 niks in. Die kregen hun welvaartsverhogingen al op 1 juli 2023. En de verhoging van de minimumuitkeringen die de federale regering eerder had voorzien voor 1 januari 2024 werd door diezelfde regering nadien geschrapt.

Meer artikels over

sociale uitkeringen

Related articles