ACTUEEL /
Zenuwen gespannen in de laatste rechte lijn
TEKST Chris Serroyen | FOTO Zoomik | LEESTIJD: 5 MINUTEN | VAKBEWEGING 21 JUNI 2023
De federale regering is de laatste rechte lijn ingegaan richting de verkiezingen van 9 juni 2024. Met meer nervositeit dan ooit. Elk van de regeringspartijen heeft nog wel een paar dossiers af te werken. Of minstens willen ze nog een of andere trofee binnenhalen om het palmares wat op te smukken. Voor het ACV is het zaak te bewaken dat tijdig en correct wordt afgewerkt wat moest worden afgewerkt. En dat er in de sprint naar de eindmeet geen wiel afrijdt voor de werknemers.
Belangrijkste opdracht voor het ACV was het raamwerk voor de cao-onderhandelingen voor 2023-2024 rond te krijgen. De Groep van 10 was al midden maart tot een afsprakenkader gekomen, maar voor een regeringsbeslissing daarover was het wachten tot eind april. Waarna het wetgevend werk kon beginnen en de cao’s van de Nationale Arbeidsraad konden worden klaargezet. Op 30 mei werden de nodige cao’s getekend, voor zowel de eindeloopbaanregelingen (SWT en landingsbanen) als de economische werkloosheid van de bedienden. Behalve één: voor de versoepelde landingsbaan voor doelgroepwerknemers van maatwerkbedrijven (vanaf 55 jaar na 25 in plaats van 35 jaar loopbaan) moet er eerst nog een kleine aanpassing komen aan het koninklijk besluit. Dat is nog voor juni te verwachten, zodat ook die cao hopelijk volle uitwerking krijgt vanaf 1 juli 2023.
De regering van haar kant werkte voorlopig enkel de zero loonnorm voor 2023-2024 af, met de koopkrachtpremie tot maximum 750 euro als ontsnappingsroute. Het blijft wachten op de wetten en besluiten die nodig zijn voor de uitvoering van het afsprakenkader. Waaronder ook de verlenging van de bijzondere regimes voor de overuren, zowel de fiscaal gunstige overuren als de relance-uren. Al heeft de regering wel moeten beloven dat de bedrijven die regimes al vanaf 1 juli 2023 mogen toepassen. Zonder die belofte hadden de werkgevers geweigerd op 30 mei de cao’s te ondertekenen.
-//-
“Het kader voor het cao-overleg is quasi rond.
_
Gelijkstelling coronawerkloosheid gepubliceerd
We hebben heel lang moeten wachten op de gelijkstelling van de coronawerkloosheid voor de jaarlijkse vakantie. Maar na 1,5 jaar permanent aandringen van het ACV, acties inbegrepen, is die er dan toch. Op 9 juni raakte het koninklijk besluit gepubliceerd, als basis voor zowel extra vakantiegeld als extra vakantiedagen voor wie in het eerste halfjaar van 2022 nog in de coronawerkloosheid belandde. Noteer: dat geldt net zo goed voor de dagen van tijdelijke werkloosheid in die periode wegens overmacht omwille de oorlog in Oekraïne of de overstromingen in Wallonië. Voor de arbeiders hebben de vakantiekassen en de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie al rekening gehouden met die extra dagen voor de berekening van het vakantiegeld. Nu is het alleen nog goed opletten dat de werkgever ook het correcte aantal dagen vakantie toekent en dat hij voor de bedienden het volledige vakantiegeld uitbetaalt. Zeker voor bedienden die al eerder hun vakantiegeld gestort kregen, zal nu moeten worden bijgestort. Waarbij moet worden bewaakt dat de bedienden die in 2022 of eerder dit jaar hun contract beëindigden nu ook het vertrekvakantiegeld krijgen gestort voor de coronawerkloosheid van het eerste semester van 2022.
Voor de bedrijven die in die periode hoge coronawerkloosheid kenden is voorzien in een gedeeltelijke compensatie van de meerkost van de gelijkstelling voor hun bedienden, via een vermindering van de RSZ-bijdragen. Dit zit echter nog in de ontwerpfase, als onderdeel van een nieuwe Programmawet, nog in bespreking in het Parlement. Werkgevers mogen zich daar echter niet achter verschuilen om extra vakantiegeld en extra vakantiedagen toe te staan.
Conventie 190 van de IAO geratificeerd
Nog goed nieuws, na 4 jaar geraakten alle parlementen van België eindelijk op één lijn om Conventie nr. 190 van de Internationale Arbeidsorganisatie tegen geweld en intimidatie op het werk te ratificeren. Die kwam in 2019 tot stand op de Internationale Arbeidsconferentie, tegen de achtergrond van de Me Too-beweging. Ook al gaat het niet enkel om geweld en grensoverschrijdend gedrag jegens vrouwen, werd het wereldwijd door vakbondsvrouwen onthaald als een belangrijke stap voorwaarts voor de arbeidsbescherming van vrouwen. Ook in ons land. Omdat minister van Werk Dermagne die ratificatie graag wilde neerleggen op de Internationale Arbeidsconferentie van juni dit jaar, werd er alles aan gedaan om het Verdrag door de achterblijvende parlementen te krijgen. Wat op de valreep lukte. Zodat Dermagne het bij zijn bezoek aan de Conferentie in Genève op 13 juni ook officieel kon bevestigen. Meer over die Conferentie op blz. 12-13.
Drie jaar demonstratieverbod
Minder goed nieuws was er voor het beleidsdomein Justitie. We hebben alles uit de kast moeten halen tegen een onverwacht, gevaarlijk manoeuvre vanuit de regering om het recht te betogen in te perken. Geruisloos was via de regering een wetsontwerp van minister van Justitie Van Quickenborne gepasseerd, dat rechters zou toelaten om personen die tijdens een demonstratie geweld gebruikten of schade veroorzaakten drie jaar lang uit te sluiten van het recht te betogen. Op de valreep wisten we te voorkomen dat de Commissie Justitie van de Kamer het op een drafje zou goedkeuren. Waarbij de progressieve vleugel van de regering met rode kaken stond. Ze probeerde de zaak alsnog te fatsoeneren door een uitzondering te voorzien voor bepaalde demonstraties met uitsluitend legitieme doelstellingen, zoals vakbondsbetogingen of klimaatmarsen, tenzij wanneer er toch risico zou zijn op ernstige verstoring van de openbare orde. Die laatste toevoeging biedt al even weinig houvast. Op basis waarvan de vakbonden oordeelden dat het maar beter is het hele wetsontwerp op te bergen. Afwachten nu wat parlement en regering ermee gaan aanvangen.
Arbeidshoven op de schop
Vanuit de gerechtelijke wereld werden we ook gealarmeerd over een tweede stunt: Van Quickenborne wil de Arbeidshoven opdoeken en integreren in de burgerlijke Hoven van Beroep. Hij ging er prat op dat hij daarvoor al in 2022 een mandaat had gekregen vanuit de regering. Het doet wat denken aan een gelijkaardige politieke ontwikkeling in 2008-2009. Toen had de regering het licht op groen gezet voor de afschaffing van zowel arbeidsrechtbanken als Arbeidshoven. Met vereende druk vanuit de sociale partners hebben we dat toen kunnen laten afblazen.
Deze keer lag het iets anders. Bij navraag bleek dat Van Quickenborne zijn wensen voor werkelijkheid nam. De regering had alleen maar akte genomen van zijn voorstellen, zonder al haar goedkeuring te geven. Wat het gemakkelijker maakte het initiatief te counteren. Dat lijkt gelukt. Al valt te verwachten dat dit bij de regeringsvorming na de verkiezingen van 2024 opnieuw gaat opduiken.
Structurele hervormingen
Premier De Croo zou die verkiezingen nog graag ingaan met een reeks structurele hervormingen. Waarbij dan de belastinghervorming en de pensioenhervorming komen bovendrijven. En waarbij vooral MR dit tracht te koppelen aan bijkomende arbeidsmarkthervormingen, lees: beperking en/of vermindering van de werkloosheidsuitkeringen. Over de belastinghervorming ging de regering in conclaaf in het weekend van 17-18 juni. Zoals verwacht zonder veel vooruitgang. Als er al iets van komt, dan wordt het een eind in juli, net voor de ministers in vakantie gaan.
De regering voorzag een koopkrachtpremie tot maximum 750 euro als ontsnappingsroute, bovenop de zero loonnorm voor 2023-2024. Het blijft wachten op de wetten en besluiten die nodig zijn voor de uitvoering van het afsprakenkader.