HET INTERVIEW /
Kim Meeus (Justitie) verdedigt uitbreiding wet Maritieme Beveiliging
Interview en tekst – Lieven Bax | Foto’s - Jan Locus | Illustratie - Rutger Van Parys
/“We beseffen ook dat de veiligheidsscreening geen wondermiddel is”
De uitbreiding van de wet Maritieme Beveiliging die op voorstel van minister van Noordzee Paul Van Tigchelt nog net voor de verkiezingen door het federaal parlement werd goedgekeurd, kan onder havenarbeiders op weinig begrip rekenen. Vooral de veiligheidsverificatie die ze voortaan moeten ondergaan, is hen een doorn in het oog. “Zo weet je tenminste dat de collega waarmee je moet samenwerken niets te maken heeft met de georganiseerde misdaad”, riposteert Kim Meeus, adjunct-kabinetschef op het kabinet Noordzee.
De wet Maritieme Beveiliging die sinds 1 januari 2023 van kracht is, moest de drugscriminaliteit in onze havens een halt toeroepen, maar dat lijkt niet echt te lukken, toch?
Politie en Justitie leveren al enkele jaren een verbeten strijd tegen de drugsmaffia in ons land en dan vooral in de havens. Sinds het kraken van het SKY-ECC netwerk brengen we de drugsmaffia forse klappen toe. Meer dan 40 procent van de gedetineerden in ons land zijn drugscriminelen. Die belandden daar niet vanzelf. Dat is dankzij het werk van politie en Justitie.
Daarnaast bestond er al een wet Maritieme Beveiliging voor de huidige wet in werking trad. Die eerdere wet uit 2007, gebaseerd op de International Ship and Port Facility Security Code, kwam er in de nasleep van de aanslagen van 9/11, met als doel om onze maritieme sector te beschermen tegen mogelijke terreurdaden. De belangrijkste maatregel die toen werd ingevoerd, was perimeterbeveiliging vb. door het plaatsen van camera’s en hekwerk. Wat echter ontbrak, was een stok achter de deur. Een bedrijf dat niet in camera’s en hekwerk wilde investeren, kon niet worden gesanctioneerd.
Intussen liep er sinds 2021 een enquête bij alle publieke diensten die instaan voor de beveiliging van onze havens en samen de Nationale Autoriteit voor Maritieme Beveiliging vormen. DG Scheepvaart, de Scheepvaartpolitie, het Nationaal Crisiscentrum, Staatsveiligheid, de Marine, de militaire inlichtingendienst ADIV en het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse OCAD werd gevraagd om hun goeie en minder goeie ervaringen met betrekking tot onze maritieme beveiliging te delen. Hun input heeft als basis gefungeerd bij het schrijven van de nieuwe wet Maritieme Beveiliging.
Het grote verschil met de wet uit 2007 is dat we nu richtlijnen kunnen uitschrijven en bindende maatregelen kunnen opleggen, op straffe van een boete als men een richtlijn niet naleeft. En daarnaast moet de huidige wet niet alleen terroristen weghouden uit onze havens, maar ook drugscriminelen en mensenhandelaars.
Ook de huidige wet bleek niet toereikend te zijn in de strijd tegen de drugscriminaliteit. Vandaar de recente uitbreiding?
Onder meer de Federale Gerechtelijke Politie signaleerde ons dat het dichttimmeren van de havens ervoor zorgde dat de drugshandel zich richting binnenvaart verplaatste. Omdat criminelen altijd voor de weg van de minste weerstand kiezen. Daarom hebben we het toepassingsgebied van de wet uitgebreid naar de binnenvaart. Het is alleen jammer dat we de gesprekken met de spoorwegen en minister van Mobiliteit Gilkinet over een uitbreiding naar het spoor niet voor het einde van de afgelopen legislatuur hebben kunnen afronden.
Anderzijds waren ook andere actoren, zoals de scheepsagenten, vragende partij om voor hen een kader uit te werken. De wet is nu dus ook van toepassing op bedrijven in de maritieme sector met een impact op de maritieme beveiliging.
Het nieuwe regelgevend kader bouwt verder op de oorspronkelijke wet, maar voorziet onder meer in strengere controles op havenverboden.
Het havenverbod werd ingevoerd door de drugswet als straf voor daders van drugsdelicten en is door ons overgenomen in de wet Maritieme Beveiliging. De enige aanpassing is dat als je nu in een bepaald bedrijf of in een bepaalde haven een plaats- en beroepsverbod krijgt dit niet langer alleen daar geldt, maar in alle havens en havenbedrijven. De controle daarop is voorlopig nog redelijk omslachtig, omdat de parketten elke keer als er iets wijzigt aan de lijst van personen met een havenverbod dit expliciet moeten melden aan de betrokken actoren die worden geacht na te gaan of ze iemand al dan niet mogen binnenlaten. In de wet is wel voorzien om die informatie-uitwisseling via een beveiligd platform te laten verlopen. Dat platform is al gedeeltelijk ontwikkeld en in gebruik voor de uitwisseling van risicoanalyses en beveiligingsplannen, en tegen eind dit jaar zou het deel toegangscontrole operationeel moeten zijn. Dan kunnen de parketten alle havenverboden op dit platform registreren en kan dit ook onmiddellijk worden gecontroleerd wanneer iemand zich aanbiedt om toegang te krijgen tot een havenbedrijf. Ook toegangspassen zoals Alfapass zullen dan automatisch buiten werking worden gesteld.
“Uit eigen ervaring weet ik dat het merendeel van de havenarbeiders gewoon komt werken om hun kinderen eten te geven en hun huis af te betalen. Maar je hebt altijd rotte appels en die moet je uit de mand kunnen halen.”
Een andere maatregel heeft betrekking op het ondergaan van een veiligheidsverificatie. Dat wordt verplicht voor iedereen in de maritieme sector met een “kritieke functie”.
In de nucleaire sector, op luchthavens en bij de politie- en veiligheidsdiensten kun je al langer alleen nog aan de slag gaan en blijven na een veiligheidsscreening te hebben ondergaan. Die kritieke jobs werden gedefinieerd op basis van een procedure die beschreven staat in de wet van 11 december 1998. De Nationale Autoriteit voor Maritieme Beveiliging heeft dezelfde procedure gevolgd om te bepalen welke functies in de maritieme sector als kritiek kunnen worden aangeduid. Het is logisch dat havenarbeiders daaronder vallen, maar ook al het andere havenpersoneel dat toegang heeft tot de lading, tot gegevens over de lading of tot persoonlijke gegevens. Ook personen met een managementfunctie oefenen op basis van de risicoanalyse die DG Scheepvaart heeft gemaakt een kritieke functie uit. Een manager zal misschien niet zelf op zoek gaan naar persoonlijke informatie, maar kan druk uitoefenen op iemand van de personeelsdienst om hem of haar bepaalde info te bezorgen.
Over hoeveel mensen gaat het?
Op dit moment zijn er zo’n 16.000 mensen die een veiligheidsverificatie moeten ondergaan. Maar dat aantal zal nog toenemen nu het toepassingsgebied van de wet is uitgebreid naar de binnenvaart en naar bedrijven in de maritieme sector met een impact op de maritieme beveiliging.
Is het realistisch om die allemaal te screenen? Of zullen het toch in de eerste plaats de havenarbeiders zijn die worden doorgelicht?
De Federale Politie heeft het afgelopen jaar 109.000 veiligheidsverificaties uitgevoerd en nam intussen extra mensen in dienst om specifiek havenpersoneel te screenen. Het is volgens hen mogelijk om alleen voor de maritieme sector elke week minstens vijfhonderd mensen door te lichten.
Havenarbeiders zullen niet als eerste worden gescreend, wel bewakingspersoneel en het eigen personeel van de overheidsdiensten die toegang hebben tot de havenfaciliteiten. De havenarbeiders zullen samen gescreend worden met het eigen personeel van de havenbedrijven om geen onderscheid te maken. Hierover worden samen met de sociale partners de nodige afspraken gemaakt.
Hebben de havenarbeiders ten onrechte het gevoel dat ze worden gestigmatiseerd?
Ik begrijp die perceptie, maar ze klopt niet. Uit eigen ervaring weet ik dat het merendeel van de havenarbeiders gewoon komt werken om hun kinderen eten te geven en hun huis af te betalen. Maar je hebt altijd rotte appels en die moet je uit de mand kunnen halen.
Er zijn nog andere mensen die over interessante informatie voor de drugsmaffia beschikken, zoals gemeentepersoneel en het personeel van sociale secretariaten, maar die kunt u onmogelijk allemaal controleren.
In de drugsonderzoeken die tot nu toe werden afgerond, zijn er onder meer havenarbeiders opgepakt, maar ook mensen die op de parketten werken, directieleden van havenbedrijven en medewerkers van de havenkapiteinsdiensten. Met de lijst van kritieke functies die DG Scheepvaart heeft gedefinieerd, kunnen we dus al een heel eind geraken. En we moesten ergens beginnen.
Intussen ontbreekt het aan duidelijke beoordelingscriteria om al dan niet een positief veiligheidsadvies af te leveren. Zo dreigt er willekeur, niet?
Een veiligheidsverificatie is nog altijd een individueel onderzoek, waarbij iets ruimer wordt gekeken dan enkel of iemand aan bepaalde criteria voldoet. Men raadpleegt verschillende databanken om te achterhalen welke informatie er over de te screenen persoon beschikbaar is; zo interesseert ons bijvoorbeeld of de betrokkene eventueel voorkomt in een drugsonderzoek. Maar daar blijft het bij. Er wordt niet gekeken naar hetgeen iemand op sociale media post en er is ook geen sprake van telefoononderzoek.
We zijn nog in overleg met de Federale Politie om de personen die door hen worden gescreend een aantal garanties te kunnen bieden. Het is alleszins niet zo dat je een negatief veiligheidsadvies krijgt omdat je een keer door een rood licht bent gereden. De feiten moeten echt wel ernstig zijn en gelinkt aan het criminele milieu. En we voorzien ook in een overgangsperiode. Iedereen die een veiligheidsverificatie moet ondergaan, wordt verondersteld in orde te zijn tot hij of zij aan de beurt is.
“Het is niet zo dat je een negatief veiligheidsadvies krijgt omdat je een keer door een rood licht bent gereden.”
Kim Meeus
De uitgebreide wet Maritieme Beveiliging richt zich ook op de binnenvaart en alle bedrijven die ondersteuning bieden aan de maritieme sector, zoals rederijen, scheepsagenturen en logistieke dienstverleners.
Een container komt per zeeschip toe in een haven, maar wordt daar overgeladen op een binnenschip om richting hinterland te worden getransporteerd. Nu we al het mogelijke trachten te doen om drugscriminelen buiten onze havens te houden, is de kans reëel dat die criminelen zich op de binnenvaart gaan concentreren. Vandaar de beslissing om het toepassingsgebied van de wet uit te breiden naar de binnenvaart. Tot op heden heeft de uitbreiding wel alleen nog maar betrekking op de containertransporten en het transport van voedsel in bulk vanuit de zeehavens, niet op dergelijke transporten tussen twee binnenhavens. Overleg met de sector wordt ook nog voorzien.
De scheepsagenturen waren zelf vragende partij voor extra maatregelen, omdat zij ook vaststellen dat het steeds moeilijker wordt om uit beeld te blijven.
Hoe kan de klokkenluidersbescherming die al bestond in andere sectoren helpen om de drugscriminaliteit aan te pakken?
De invoering van de klokkenluidersbescherming in de maritieme sector is er gekomen op uitdrukkelijke vraag van de drugscommissaris. Bedoeling is om mensen uit de sector die louche zaken opmerken de nodige bescherming te bieden als ze hun kennis met ons willen delen.
Havenarbeiders worden door de drugsmaffia bedreigd en afgeperst, maar maatregelen om hun veiligheid te garanderen blijven achterwege.
We zijn er ons zeer goed van bewust dat de havenarbeiders enorm veel schrik hebben. ’s Nachts op een terminal aan het werk zijn en niet weten wie er naast je staat, kan beangstigend zijn. Ook daarom hebben we de veiligheidsverificaties ingevoerd. Zo weet je tenminste dat de collega waarmee je moet samenwerken niets te maken heeft met de georganiseerde misdaad. Is die screening een wondermiddel? Nee. Dat beseffen we eveneens. Het is niet omdat iemand een positief veiligheidsadvies heeft gekregen dat de betrokkene niet meer met info over zijn of haar gezin kan worden afgedreigd en vervolgens toch foute dingen gaat doen.
In de wet is ook opgenomen dat de werkgevers moeten investeren in het weerbaarder maken van hun personeel. Specifiek voor de havenarbeiders zie ik een belangrijke rol weggelegd voor OCHA, het opleidingscentrum voor havenarbeiders. De bewustwording van de problematiek bij iedereen in de sector is van essentieel belang, vaak nog meer dan het nemen van fysieke maatregelen.
En dan is er nog PortWatch, het nieuwe centraal meldpunt waar havenarbeiders geheel anoniem verdachte situaties in en rond onze havens kunnen melden. Elke melding komt terecht bij de bevoegde politiediensten die deze verder zullen behandelen.
Moet er niet eerder in het versterken van de politiediensten worden geïnvesteerd?
Dat gebeurt ook. Na de regeringsbeslissing om in de strijd tegen de georganiseerde drugscriminaliteit de Scheepvaartpolitie in Antwerpen te versterken, werd in mei vorig jaar het Havenbeveiligingskorps opgericht. Een jaar later zijn alle 70 beveiligingsagenten voor het nieuwe korps gerekruteerd. Door de extra patrouilles en controles, in combinatie met andere maatregelen, neemt het aantal druggerelateerde arrestaties in de Antwerpse haven af, van 150 in 2023 naar 19 in de eerste vier maanden van dit jaar. Maar je kan niet naast elke persoon die in de haven werkt een agent plaatsen. //