/ACV kiest voor veilige en gezonde oplossingen
TEKST Kris Van Eyck, Maarten Hermans, Laurent Lorthioir en Eva Van Laere | FOTO’s Shutterstock | Leestijd: 15 minuten
Arbeidsongevallen brengen een enorme maatschappelijke kost met zich mee. Het verhaal van Guido over het dodelijke arbeidsongeval van zijn zoon German is daarvan een pakkende illustratie. 28 april is elk jaar de werelddag voor veilig en gezond werk. In landen over heel de wereld worden op die dag de slachtoffers van arbeidsongevallen herdacht en hebben we aandacht voor de zeer grote groep werknemers die arbeidsongeschikt wordt en zelfs sterft als gevolg van ziekmakend werk. Het is belangrijk om elk jaar opnieuw even stil te staan bij onveilige en ongezonde werkomstandigheden. Maar actie, elke dag, is beter en nodig om het welzijn van alle werknemers te garanderen. En dat doet het ACV. Op de werkvloer zijn jullie, onze comitéleden en militanten, de eerste en belangrijkste bewakers van het welzijn van de collega’s. Om jullie de nodige wettelijke ondersteuning te bieden, werkt het ACV hard op nationaal en Europees niveau om dit wettelijke kader te versterken. Samen kiezen we voor veilige en gezonde oplossingen. In dit dossier geven we een overzicht van het werk en de realisaties van het ACV op het vlak van arbeidsongevallen, ziekmakend werk en kwetsbare werknemersgroepen.
DOSSIER VEILIG EN GEZOND WERK /
/Aandacht voor arbeidsongevallen
Het totale aantal arbeidsongevallen op de arbeidsplaats zit de laatste decennia in een dalende lijn. En dat is goed nieuws. Maar die continue daling zien we niet bij de ongevallen die een blijvende arbeidsongeschiktheid tot gevolg hebben.
In 2022 waren er in de privésector in totaal 103.570 werknemers slachtoffer van een arbeidsongeval op de werkplek. Een daling met 1% ten opzichte van vorig jaar. Toch zien we nog 50 dodelijke ongevallen en 10.405 ongevallen met een blijvende ongeschiktheid als gevolg. 15.286 werknemers konden meer dan 1 maand niet werken als gevolg van een arbeidsongeval. Wanneer we de cijfers van ongevallen met een blijvende ongeschiktheid opsplitsen naar arbeiders en bedienden, en via de RSZ-cijfers rekening houden met de schommelingen in tewerkstelling, dan zien we eerder een schommeling dan een continue daling.
Ook In de publieke sector zijn arbeidsongevallen nog steeds een probleem. Deze cijfers zijn moeilijk te vergelijken met die van de privésector omdat ze op een andere manier worden ingezameld en voorgesteld. In 2022 waren er in totaal 30.946 arbeidsongevallen op de arbeidsplaats in de publieke sector, een stijging met 3,5% ten opzichte van 2021.
Het aantal arbeidsongevallen daalt wanneer je werkt aan goede preventiemaatregelen, maar de daling is ook het gevolg van het niet aangeven bij de verzekering van de lichte arbeidsongevallen. Al in 2007 deed Fedris – het federaal agentschap voor arbeidsongevallen en beroepsziekten – de verontrustende vaststelling dat 2 op 3 van de arbeidsongevallen niet wordt aangegeven. De ernstige arbeidsongevallen blijven al meer dan 30 jaar op een hoog niveau. Preventie-inspanningen mogen in geen geval worden afgebouwd.
Daarbovenop stellen we vast dat het aantal aangiftes van arbeidsongevallen dat door de verzekeraars geweigerd wordt, de laatste jaren enorm steeg. Uit onderzoek van Fedris blijkt dat meer dan 1 op 6 van deze weigeringen onterecht is. Voor de ernstige ongevallen gaat het zelfs om bijna 20% van de onderzochte ernstige ongevallen. Dit zijn ontnuchterende cijfers. Ze betekenen dat er jaarlijks duizenden slachtoffers van een arbeidsongeval in de kou blijven staan. Ze betekenen ook dat de slachtoffers, maar ook hun werkgevers en de overheid/sociale zekerheid de factuur betalen, terwijl de verzekeraars de verzekeringspremies opstrijken.
-//-
“1 op 6 aangiftes van arbeidsongevallen wordt onterecht geweigerd door de verzekeraars.”
_
Het ACV eist dat alle geweigerde arbeidsongevallen door Fedris onderzocht worden. Door onze acties belooft Fedris ondertussen om alle geweigerde ernstige arbeidsongevallen te onderzoeken. Er werd in de begroting ook budget voorzien voor Fedris om onterecht geweigerde ernstige arbeidsongevallen, die niet door de verzekeraars worden aanvaard, voor de arbeidsrechtbank te brengen.
/Pak ziekmakend werk aan, niet ziekgemaakte werknemers
Geconfronteerd met de uitdaging van een half miljoen langdurig zieken, kiezen aardig wat politici en werkgeversorganisaties voor de voor hen makkelijkste oplossing: schuif de schuld en de druk naar de langdurige zieke. Met dreigende taal, meer controles en financiële sancties moeten ze terug aan het werk.
Het ACV verzet zich hier met klem tegen. Zieke werknemers de schuld geven is vooral een manier voor politici om de aandacht af te leiden van hun falende beleid voor meer werkbaar werk en het eenzijdig optrekken van de pensioenleeftijd zonder de nodige maatregelen om dat haalbaar te maken.
Ook bepaalde werkgeversorganisaties doen gretig mee: zo blijft hun verantwoordelijkheid voor het organiseren van ziekmakend werk buiten schot.
-//-
“Met protestacties, druk bij parlementairen en tussenkomsten in het publiek debat verzetten we ons tegen het sanctioneren van langdurig zieken.”
_
Met protestacties, druk bij parlementairen en tussenkomsten in het publiek debat verzetten we ons tegen het sanctioneren van langdurig zieken. Tegelijkertijd zorgen we mee voor oplossingen, daar waar écht het probleem zit: op de werkplek. Oplossingen voor een effectief re-integratiebeleid en het bestrijden van ziekmakend werk, zoals wetgeving rond risico’s op spier- en skeletaandoeningen en schadelijke stoffen.
/Meer rechten voor je rug
Het meest voorkomende werkgerelateerde gezondheidsprobleem zijn spier- en skeletaandoeningen, zoals artrose, tendinitis, of lage rugpijn. Maar liefst 2,5 miljoen Belgen heeft er last van en het zorgt voor 5 miljard euro aan extra gezondheidszorguitgaven en verloren arbeidsdagen wegens ziekte. Een derde van de langdurig zieken is uitgevallen met zulke aandoeningen, dus langdurige ziekte kan je niet aanpakken zonder deze gezondheidsrisico’s op het werk preventief tegen te gaan.
Met zijn campagne ‘Meer rechten voor je rug’ in 2022 eiste het ACV dan ook politieke actie en legde concrete voorstellen op tafel om de wetgeving rond deze gezondheidsrisco’s te versterken. Na twee jaar oplossingsgericht werk van en met experten, constructief sociaal overleg en de nodige politieke steun, zal deze nieuwe wetgeving deze maand ingevoerd worden.
Door de nieuwe wetgeving komen risico’s op spier- en skeletaandoeningen op dezelfde hoogte te staan als bijvoorbeeld psychosociale risico’s, of blootstelling aan kankerverwekkende stoffen. Dit betekent dat in de risicoanalyses expliciet aandacht moet gaan naar zulke risico’s, en dat de werkgever daar vervolgens mee aan de slag moet. Het zorgt er ook voor dat de rol van de preventieadviseur-ergonoom zal toenemen, evenals het toezicht van Comité PB-leden op de aanpak van deze problemen op de werkplek.
De nieuwe wetgeving maakt van België het eerste Europese land met een specifieke wetgeving om deze problematiek aan te pakken. Het sterke syndicaal ACV-werk op de werkvloer zal er mee voor zorgen dat de nieuwe wetgeving ook gezonder werk oplevert voor iedereen – van zwaar werk in de bouw, over niet-ergonomisch bureauwerk, tot patiënten tillen in rusthuizen en zorginstellingen.
/Nieuwe wetgeving hormoonontregelende stoffen
Een hormoonontregelende stof verstoort de werking van onze hormonen. De blootstelling aan die stoffen wordt in verband gebracht met een toename van de onvruchtbaarheid, verstoringen van het immuunsysteem, vroegtijdige borstontwikkeling bij meisjes, teelbalkanker, borstkanker, zwaarlijvigheid, diabetes, ADHD en de ziekte van Alzheimer. Deze stoffen kunnen al bij zeer lage concentraties gezondheidsproblemen veroorzaken. Er is ook het cocktaileffect, want we leven in een wereld die een smeltkroes is van chemische stoffen. Een klein beetje van dit
en een klein beetje van dat heeft een effect dat groter is dan verwacht. Voor werknemers moet je hierbij nog de blootstelling op de arbeidsplaats optellen.
Denk hierbij aan ondernemingen waar producten en voorwerpen die hormoonontregelende stoffen bevatten worden geproduceerd, maar ook
gebruikt of verwerkt worden.
Op 18 juli 2023 verscheen onder druk van het ACV nieuwe wetgeving over de bescherming van werknemers tegen hormoonontregelende stoffen. Vanaf nu zijn in alle ondernemingen dezelfde strenge regels van toepassing die we al langer kennen voor kankerverwekkende stoffen. Zo is er een substitutieplicht waarbij deze stoffen vervangen moeten worden door minder gevaarlijke stoffen wanneer dit technisch mogelijk is. Dat is nodig omdat voor de meeste hormoonverstoorders geen veilige grens voor blootstelling kan bepaald worden. De nieuwe wetgeving zorgt bovendien voor een betere bescherming van zwangere werkneemsters en jonge werknemers. Zij mogen niet langer blootgesteld worden aan deze stoffen.
/Beter beleid voor re-integratie op het werk
Na de vorige aanpassing in 2016 van de re-integratietrajecten voor langdurig zieken heeft het ACV steeds scherp gereageerd tegen de “ontslagmachine” die we op de werkvloer zagen. Een behoorlijk deel van de re-integratietrajecten werd namelijk helemaal niet gebruikt om zieke werknemers toe te laten terug het werk op te nemen, maar juist om hun contract te beëindigingen wegens medische overmacht en zonder een opzegvergoeding.
De politiek heeft met de hervorming van de re-integratietrajecten in 2022 gevolg gegeven aan onze kritiek. Met de nieuwe wetgeving kiezen werkgevers duidelijk minder voor een re-integratietraject als ze eigenlijk helemaal niet van plan zijn de werknemer te re-integreren. In de hervorming heeft het ACV ook sterk en succesvol geijverd voor een positieve benadering van re-integratietrajecten zonder sancties, voor duidelijkere rechten op aangepast werk, en voor meer inspraakrechten zodat het Comité PB kan opvolgen hoe de werkgever met re-integratie van zieke werknemers omgaat.
/Aandacht voor kwetsbare werknemersgroepen
Niet alle werknemers worden op dezelfde manier beschermd tegen veiligheids- en gezondheidsrisico’s. Er zijn kwetsbare groepen van werknemers die extra aandacht vragen. Denk hierbij onder andere aan interimmers, dienstenchequewerknemers, platformwerkers, dienstboden en ander huispersoneel.
Samen met de delegees op de werkvloer blijft het ACV via Interim United sterk investeren in de individuele en collectieve ondersteuning van interimmers. Belangrijke bezorgdheid is en blijft het grote aantal arbeidsongevallen waarvan interimmers het slachtoffer zijn (zie het kaderstuk op pagina 12). ACV United Freelancers treedt als vakbond dan weer op voor de rechten van zelfstandigen en freelancers.
Een recente campagne van de welzijnsinspectie toonde aan dat het welzijn van dienstenchequewerknemers niet gegarandeerd is. Risicoanalyses worden vaak niet uitgevoerd en de rechten op gezondheidstoezicht worden met voeten getreden. Een grote studiedag met deze werknemers over hormoonontregelende stoffen toonde aan dat zij nog teveel aan deze gevaarlijke stoffen worden blootgesteld en dat daar vanuit hun werkgever geen of weinig controle op is. Het ACV werkt voor en achter de schermen hard om hierin verbetering te brengen.
In 2011 kwam in de Internationale Arbeidsconferentie van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) conventie 189 tot stand die huispersoneel wereldwijd meer rechten moest waarborgen. Huisarbeid belangt in de wereld miljoenen mensen – vooral vrouwen – aan. Na 12 jaar aanhoudende druk vanuit het ACV werd de bescherming van dienstboden en huispersoneel in 2023 eindelijke opgenomen in de Belgische welzijnsreglementering. Een van de belangrijkste verbeteringen is dat de werkgevers van de dienstbodes nu verplicht worden om zich bij een externe preventiedienst aan te sluiten. Daardoor krijgen de werknemers ook toegang tot een externe arbeidsarts die zij ook spontaan kunnen consulteren zonder hun werkgever op de hoogte te brengen. Elke dienstbode moet bij de start ook een document ontvangen met onder andere de risico’s voor de veiligheid en gezondheid, de maatregelen om die risico’s weg te werken en de rechten op het vlak van gezondheidstoezicht.