DE STELLING /
De industrie heeft (g)een toekomst in België
TEKST Bram Van Vaerenbergh | FOTO James Arthur | 20 maart 2024 | leestijd 5 minuten
1.116 jobs die verdwijnen bij busbouwer Van Hool, meer dan driehonderd banen op de tocht bij chocolade-producent Barry Callebaut, onzekerheid bij Audi Brussels: de Belgische industrie krijgt harde klappen in 2024. Ooit was de Belgische industrie goed voor bijna de helft van ons bruto binnenlands product (BBP), maar tegenwoordig is dat minder dan een zevende. Hoge energiekosten, de klimaattransitie en internationale concurrentie: de uitdagingen zijn legio.
“Zonder industrie is er geen export. En daar zijn we afhankelijk van”
Dries Van den Broeck en Kathleen Van Walle, stafmedewerkers studiedienst ACV-CSC METEA
“Wij zijn luid en duidelijk: de industrie heeft een toekomst in België en is de belangrijkste motor van onze economie”, zeggen Dries Van den Broeck en Kathleen Van Walle van ACV-CSC METEA. “Zonder industrie is er geen export, iets waar we als klein land én open economie enorm afhankelijk van zijn. Die export zorgt voor middelen om te investeren in onze samenleving.”
Maar we moeten tegelijkertijd ook realistisch zijn: het ziet er momenteel niet rooskleurig uit. Je moet de krant maar openslaan om te weten hoe de Belgische industrie er voor staat. Faillissementen, investeringen die naar het buitenland trekken. Ooit was onze industrie goed voor 40% van ons bruto binnenlands product (BBP), nu is dat nog maar 13,6%. Hoge energiekosten, internationale (en oneerlijke?) concurrentie, subsidieraces en de noodzakelijke en verplichte klimaattransitie: de uitdagingen zijn niet min. In het verhaal van klimaattransitie wordt vaak gekeken naar de industrie als grote boosdoener qua vervuiler, maar dat is niet helemaal terecht. De industrie kan als hefboom dienen richting een groene en duurzame economie. Denk maar aan het potentieel voor innovatie. Maar de bedrijven moeten goed omkaderd worden, door overheden én sociale partners. De regelgeving moet duidelijk en stabiel zijn, het beleid moet aangepast worden aan de eventuele negatieve sociale gevolgen en er moet een visie zijn waar onze industrie een meerwaarde kan betekenen in een duurzame economie.”
We willen inspraak
“We willen gaan voor een duurzame tewerkstelling, met toekomstperspectief. Iedereen moet mee kunnen, en vooral: we willen inspraak in wat die transitie en verankering betekent voor werknemers. Dat laten we niet los. We reiken de hand om samen met werkgevers én overheid mee na te denken over hoe de industrie van de toekomst er moet uitzien, rekening houdend met de werknemers van vandaag én morgen.”
“Vrij snel geschakeld door corona”
Ludo Hendrickx, ACV-afgevaardigde bij DeSter BVBA in Hoogstraten
Wij maakten vooral producten voor de luchtvaart: plastic bekertjes, bestek,… Door corona viel de luchtvaart stil en moesten we snel werken aan alternatieven. Daar kwam ook nog eens de Europese richtlijn rond het gebruik van wegwerpplastic bij, dus moesten we daar ook schakelen en zoeken naar alternatieven. Voor het bestek gingen we naar houten exemplaren, maar die moesten we aankopen in China, wat ook een milieu-impact heeft en veel mensen vinden de beleving van houten bestek maar niks. Uiteindelijk zijn we met papieren bestek op de proppen gekomen, waarvan we tegen deze zomer drie productlijnen die elk 100 miljoen stuks per jaar produceren operationeel moeten hebben. Daarnaast vergt de productie van papieren bestek ook maar een kwart energie in vergelijking met de plastic variant, ook een punt waar de luchtvaartsector belang aan hecht. De ontwikkeling en bouw van deze lijnen gebeurt grotendeels in ons bedrijf. Afhankelijk van de loonkosten zal er meer of minder geautomatiseerd zijn, voor de fabriek in Thailand is er minder automatisatie dan voor de fabriek in Hoogstraten. Maar het blijft ook een regiogebonden materie: in Amerika – waar we ook een fabriek hebben – is er nog geen regelgeving rond plastic, dus daar wordt niet omgeschakeld. Dat hebben we hier wél snel gedaan, waardoor we nu volop mensen aanwerven.”
Voetbalbekers
Naast de luchtvaartsector is DeSter ook bezig met binnenlandse klanten: zo zijn er bij voetbalclub Antwerp sinds kort herbruikbare bekers die gebruikt worden in het stadion, met een RFID-chip om een automatische terugbetaling van het statiegeld te genereren. “In Nederland staan ze hier al verder in, maar je merkt dat er ook in ons land werk van wordt gemaakt”, zegt Hendrickx.
En jij
Heeft volgens jou de industrie nog een toekomst in België? Laat het ons weten op vakbeweging@acv-csc.be