ACTUEEL /
Denk lokaal, handel globaal
TEKST Chris Serroyen | FOTO Black Salmon | 13 DECEMBER 2023 | LEESTIJD: 5 minuten
Het was ene Patrick Geddes, een Schotse socioloog, die begin van vorige eeuw het begrip think global, act local introduceerde. Een concept dat nadien vooral werd omhelsd door de klimaat- en milieubeweging. Terecht. Al wordt intussen met de dag duidelijker dat het én-én is: think local, act global; denk lokaal, handel ook globaal. Zeker voor een klein land als België. En nog meer moest België vroeg of laat splitsen.
Waarom? Omdat de lokale problemen hun oorzaak vinden in mondiale uitdagingen: de klimaatverhitting, de globalisering, de almacht van de multinationals, de geopolitieke verschuivingen ook… En die uitdagingen ook op internationaal vlak moeten worden aangepakt, Europees en mondiaal. Niet enkel omwille van onmacht, onwil of onvermogen van nationale politici. Maar ook om ons te beschermen tegen nationale politici. Lang was Europese en internationale syndicale actie vooral bedoeld om de werknemers ten oosten en in het zuiden te helpen. In Europa de landen aan de Middellandse Zee en almaar meer Oost- en Centraal-Europa. Wereldwijd Afrika, Azië, Latijns-Amerika. En af en toe de Verenigde Staten, al evenmin een paradijs voor werknemersrechten. Uiteraard ging dat toen ook over de rechten van de werknemers hier, maar dan eerder onrechtstreeks: vermijden dat Belgische werknemers de dupe worden van sociale dumping oost- en zuidwaarts. Dat is gekanteld. Almaar meer is die internationale actie noodzakelijk voor de rechtstreekse beveiliging en versterking van de rechten van de werknemers hier. Zeker nu extreemrechts politiek opmarcheert, mede door het kopieergedrag bij centrumpartijen. En de werkgevers hun Europese en internationale actie ook almaar meer gebruiken om hier bij ons de werknemersrechten terug te dringen.
Den Haag aan zet
Dat laatste hebben we aan den lijve ondervonden voor het recht te staken. Europese werkgevers, de Britse voorop, vonden dat de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) teveel een sta-in-de-weg was om nationaal het recht van werknemers aan banden te leggen. En dus zijn ze vanaf 2012 in de IAO beginnen dwarsliggen telkens wanneer die landen wilde beschuldigen die het recht op collectieve onderhandelingen ondergraven door het recht te staken in te snoeren. De stelling betwistend van de experten van de IAO dat uit het recht op collectieve onderhandelingen het recht te staken kan worden afgeleid. Terwijl het voor de IAO altijd zonneklaar was dat onderhandelingen met de werkgevers, zonder te kunnen dreigen met het recht te staken, niet veel meer zijn dan een collectieve bedeltocht. Tien jaar lang zaten we daardoor met een impasse binnen de IAO. Ten koste van de werknemers in landen met schending van het recht te staken. Hetgeen op de duur ook op de heupen begon te werken van een reeks serieuzere landen. Waardoor nu in november in de Governing Body van de IAO, met steun van een groot aantal regeringen, een meerderheid kon worden bereikt om die kwestie voor eens en voorgoed te laten trancheren door het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Tegen de werkgevers in.
-//-
Almaar meer is internationale actie noodzakelijk voor de rechtstreekse beveiliging en versterking van de rechten van werknemers hier.
_
Sinterklaas kwam langs voor stoute kinderen
Een uitspraak is niet onmiddellijk te verwachten. Maar we gaan op de volgende Conferentie van de IAO al snel de revanche voelen van de werkgevers. Want die zijn nu fucked up. Allemaal niet zonder betekenis voor de werknemers hier. Omdat ook hier de werkgevers en een deel van de politici azen op een inperking van het stakingsrecht. En in afwachting hun gram trachten te halen door via eenzijdige verzoekschriften gerechtelijke dwangbevelen te bekomen tegen actievoerders. Bij Delhaize en Colruyt kunnen ze er van meespreken. Zoals er altijd wel politici zijn te vinden om het recht te betogen aan banden te leggen. Zo hebben we als vakbonden, samen met andere bewegingen, alles uit de kast moeten halen om te vermijden dat er in het kader van de herziening van het Belgische Strafwetboek een preventief betogingsverbod zou komen. Ons beroepend op de internationale en Europese rechten. Met volle steun ook vanuit het nieuwe Federale Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). En met succes. Op 6 december besliste de federale regering dat af te voeren. En niet als sinterklaasgeschenk, maar omdat het maatschappelijke middenveld, de vakbonden voorop, maanden hardnekkig stout zijn geweest.
Rechtvaardige transitie op de agenda, tegen de werkgevers in
Begin december startte in Dubai (Verenigde Arabische Emeritaten) de jaarlijkse internationale Klimaattop, de 28ste ‘Conferentie van de Partijen’ (vandaar COP28). Als je dit in de bus krijgt zal duidelijk zijn wat het heeft opgeleverd. Zo hoog de nood is aan snelle, radicale actie, omwille van de versnelling in de klimaatverhitting, zo waanzinnig lijkt het dat een oliestaat die COP mag organiseren en er ook gebruik van maakt om die naar zijn (fossiele) hand te zetten. Afwachten wat het wordt. Maar ook niet te pessimistisch zijn. Elke vooruitgang blijft welkom. Frustrerend blijft dat de klimaatopwarming versnelt terwijl de ecologische vooruitgang dreigt te vertragen.
Via de internationale vakbeweging blijven we vooral duwen op de noodzaak (het imperatief, zei de IAO) van rechtvaardige transitie: de transitie moet snel en radicaal zijn. Maar dan niet zonder de negatieve gevolgen zoveel mogelijk te voorkomen en op te vangen, ook in goed overleg tussen vakbonden en werkgevers. Dat is de baseline van een recente resolutie van de IAO. Dat is ook wat de Europese Unie vorig jaar al afkondigde met zijn aanbeveling voor rechtvaardige transitie. Maar dat moet ook nationaal worden vertaald. Dat was de inzet van de recente conferentie voor rechtvaardige transitie vanuit de federale regering. Je las daar meer over in een vorige Vakbeweging. Met daarin ook behoorlijk wat kritiek op de houding van de werkgevers, die er alles aan deden om die conferentie te doen mislukken. Het zal niet beletten dat we dat thema als vakbond blijven oppakken. Met daarin ook politieke medestanders. Minister van Duurzame Ontwikkeling Khattabi heeft niet alleen aangekondigd dat ze die dimensie van rechtvaardige transitie structureel wil inbedden in de opdrachten van het Federaal Instituut voor Duurzame Ontwikkeling. Ze wil het ook Europees aanbrengen in het kader van het Belgische voorzitterschap (zie verder).
Bouwen op de Europese pijler
Voor het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (EU) is er om de zes maanden een andere voorzitter. In het eerste halfjaar van 2024 neemt België de fakkel over van Spanje. Dat is een speciale periode. Onze politici zitten dan in volle campagnemodus, richting een nieuwe moeder van alle verkiezingen. Die gaan niet aarzelen om alle Europese events vooral te gebruiken om zichzelf in het zonnetje te plaatsen. De Europese Commissie loopt, met de Europese verkiezingen in het vooruitzicht, ook al op haar laatste benen. België wordt verplicht om, na Spanje, samen te werken met de volgende voorzitter, het Hongarije van Viktor Orbán, ook al speciaal. En dat terwijl dichtbij de Europese Unie, in Oekraïne en Gaza, twee verschrikkelijke oorlogen woeden. Bovenop alle andere ellende in de wereld, met almaar meer mensen die daarvoor op de vlucht gaan, voor een (klein) deel richting de EU. En met een Belgische regering die het voorzitterschap nu vooral wil gebruiken om te verhinderen dat er daarvan teveel in België verzeilen.
Samen met het Europees Vakverbond hopen we dat ook het sociale Europa tijdens het voorzitterschap wat progressie kan maken. Minstens om de kiem te leggen voor verdere vooruitgang in een volgende Europese legislatuur. We kijken vooral uit naar twee belangrijke Europese tops. Eind januari is er een met de sociale partners over de Europese sociale dialoog, in Hertoginnedal. Nu al overschaduwd doordat de Europese werkgevers uiteindelijk geen mandaat kregen voor de ondertekening van een baanbrekend akkoord over telewerk en Europese sociale partners. In april volgt een belangrijke top over de verdere uitwerking van de Europese sociale pijler, in Terhulpen. Die pijler werd zeven jaar geleden afgekondigd op een Europese Top in Göteborg. Veel geblaat en weinig wol, reageerden de sceptici en cynici toen. Maar zeven jaar later hebben we wel Europese richtsnoeren voor toegang van atypische contracten en zelfstandigen tot sociale bescherming, voor de invoering in alle landen van een minimuminkomen en hebben we Europese richtlijnen voor een Europees minimumloon, voor de bevordering van het collectief overleg, voor combinatie van arbeid en gezin, voor loontransparantie ter bestrijding van de loonkloof tussen mannen en vrouwen en voor meer voorspelbare arbeidsvoorwaarden. En staan richtlijnen voor ketenzorg door multinationals en de rechten van platformwerkers in de steigers. Allemaal vervolgens uit te rollen op Belgisch vlak, via wetten en cao’s. Da’s wat we willen zeggen: lokaal én internationaal.
Al sinds mensenheugenis houdt Chris Serroyen op zijn onnavolgbare manier, in deze Vakbeweging-rubriek de vinger aan de sociaaleconomische pols. Op 1 januari 2024 geeft hij als hoofd van de ACV-studiedienst de fakkel door aan Maarten Gerard. Petje af voor Chris!