U VRAAGT, WIJ DRAAIEN /
Wat zijn de gevolgen van tijdelijke werkloosheid voor mijn belastingbrief?
Op de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid wordt normaal gezien 26,75% bedrijfsvoorheffing ingehouden. Dat is een voorschot of voorafname op de eindbelasting. Tijdens de corona- en energiecrisis werd de bedrijfsvoorheffing verlaagd tot 15%, waardoor je mogelijk moet bijbetalen bij de eindafrekening.
IVE ROSSEEL, ACV-EXPERT FISCALITEIT
Tussen 1 november 2022 en 31 maart 2023 is de bedrijfsvoorheffing voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid verlaagd tot 15%. Zo is er bij de eindafrekening wel sprake van een belastingvermindering, maar wanneer men tijdens het inkomstenjaar naast de vergoedingen voor tijdelijke werkloosheid ook nog bezoldigingen als werknemer of andere inkomsten heeft ontvangen, wordt het bedrag van de belastingvermindering beperkt of verdwijnt het zelfs.
Dat zorgt ervoor dat de werkloosheidsuitkering bij de eindafrekening soms belast wordt als een gewoon loon, aan het marginale (en progressieve) tarief dus. Wat in die gevallen betekent dat de effectieve belasting hoger ligt dan de 15%. Dat impliceert dat men zal moeten bijbetalen of dat er minder geld wordt teruggekregen omdat er bijvoorbeeld een lening fiscaal kon ingebracht worden.
Voor de laagste inkomens geldt echter het omgekeerde. Indien die mensen voor (ongeveer) meer dan de helft van de maand technisch werkloos waren, betaalden ze met het oude tarief van 26,75% bedrijfsvoorheffing te veel in vergelijking met de eindafrekening, door de bovenvermelde belastingverminderingen die op het einde van de rit in rekening worden gebracht. Voor hen is die bedrijfsvoorheffing van 15% dan ook een welgekomen wijziging.
Voor hogere inkomens is de terugval van het inkomen bij tijdelijke werkloosheid zeer groot. Gezien de uitkering voor tijdelijke werkloosheid die periode helpt te overbruggen, is ook voor hen de verlaging wenselijk. Maar gezien de progressiviteit van de belastingtarieven zullen ze een extra aanslag kunnen verwachten. Niet zelden heeft deze groep – zeker de jongeren onder hen – dure leningen lopen. Daarom valt er ook wel iets voor te zeggen om dit voor hen te compenseren met een lagere bedrijfsvoorheffing. Maar ze houden dus ook best rekening met een hogere eindafrekening van de belastingen.