ONDERNEMING /
Sociale benchmark: hoe scoort jouw onderneming?
TEKST Patrick Van Looveren & Frank Cosaert / Foto Karolien Coenen / 22 mei 2025 / leestijd: 5 minuten
Elk jaar maakt het ACV een rangschikking op van Belgische bedrijven met meer dan 50 werknemers op basis van 26 economische en sociale criteria. We halen die informatie uit de gepubliceerde jaarrekeningen van die bedrijven. De laatste waarover we beschikken zijn die van het boekjaar 2023. Je krijgt van elke onderneming de score op het criterium, hoe dit berekend werd, en ook haar plaats in de rangschikking van bedrijven, zowel nationaal, als per regio (Brussel, Vlaanderen, Wallonië), als in de sector waar ze actief is. Zo kan je je eigen onderneming vergelijken met de concurrentie, en op basis van deze resultaten kritische vragen stellen in de ondernemingsraad of het Comité PB of via de vakbondsafvaardiging.
Welke ondernemingen?
We beperkten ons tot de ondernemingen die hun jaarrekening neerlegden volgens het volledige schema. In totaal leverde ons dat 5.717 actieve bedrijven op die we konden vergelijken. Vzw’s namen we niet op in de rangschikking omdat hier heel andere waarderingen spelen dan in de commerciële sector. Vanzelfsprekend zijn we ook beperkt tot de ondernemingen die een jaarrekening moeten neerleggen. Er zijn dan ook geen scholen, steden of gemeenten, OCMW’s, mutualiteiten, overheidsinstellingen en dergelijke opgenomen in de vergelijking. Ook banken, verzekeringen, ziekenhuizen en rusthuizen hebben een afwijkend schema van jaarrekening waarmee we niet kunnen vergelijken.
Welke jaarrekeningen?
We vergelijken de cijfers van 2023. Dat zijn de laatst beschikbare jaarrekeningen bij de Nationale Bank.
Welke criteria?
Economische criteria zoals de omzet en toegevoegde waarde per werknemer, de groei van de tewerkstelling, de belasting die je onderneming betaalt in percentage van de winst, maar ook sociale criteria zoals de gemiddelde brutolonen, het gebruik van uitzendarbeid, de loonkloof tussen mannen en vrouwen, de opleidingsinspanningen per werknemer, de scholingsgraad van de personeelsleden, het percentage deeltijdse werknemers, het percentage contracten van bepaalde duur, enzovoort.
Hoe werkt het?
Je surft naar https://www.hetacv.be/rekentool/sociale-benchmarking. Je geeft het ondernemingsnummer van jouw onderneming op of je zoekt op naam of via de postcode. Als je je onderneming hebt, klik je verder om te kijken welke plaats die in de ranglijst inneemt. Je kan dat doen zowel nationaal en per regio als voor de sector waarin je onderneming actief is. Voor elk criterium kan je de ranglijst opvragen en vergelijken met andere ondernemingen. Worden er in die andere ondernemingen (gemiddeld) hogere lonen betaald? Worden er meer of minder interimmers ingezet? Worden er meer of minder opleidingen per werknemer gegeven? Wat is de toegevoegde waarde per werknemer, die je een idee geeft van de productiviteit bij de concurrentie? Je kunt het allemaal nagaan. Doe de oefening, zoals Wouter Gorissen van AB InBev!
“Cijfers vertellen niet het hele verhaal”
Wouter Gorissen (31) werkt al bijna 11 jaar in de brouwerij van Hoegaarden, die onderdeel is van de AB InBev-groep. Hij zetelt namens het ACV in de ondernemingsraad. “De ACV-benchmarktool geeft je met één vinger op de knop een heel pak cijfers, bijvoorbeeld de gemiddelde brutolonen, de loonkloof tussen mannen en vrouwen, de scholingsgraad van het personeel, de investering in opleiding, het personeelsverloop, de toegevoegde waarde per werknemer, … Die kan je dan vergelijken met andere ondernemingen, concurrenten uit de sector. Minder interessant in ons geval is dat het gaat om cijfers voor de AB InBev-groep. En daardoor zijn ze wel vertekend.
In Hoegaarden zijn er momenteel 213 werknemers, 153 arbeiders en 60 bedienden/kaderleden. In andere vestigingen, de hoofdzetel bijvoorbeeld, gaat het hoofdzakelijk om bedienden en kaderleden. Het gemiddelde brutoloon ligt dan ook een pak hoger dan wat mensen gemiddeld verdienen in Hoegaarden.
-//-
“Het plaatselijke management mag een eigen beleid voeren, zolang het de door AB INBEV bepaalde targets maar haalt.”
WOUTER Gorissen
_
Als arbeider kan je dus niet echt vergelijken met gelijkaardige jobs in andere ondernemingen. Wat de loonkloof mannen-vrouwen betreft, hebben we een negatieve loonkloof. Vrouwen verdienen gemiddeld dus meer dan mannen. Verklaring daarvoor is dat de (minder verdienende) arbeidersfuncties vooral door mannen worden uitgeoefend. Het personeelsverloop is relatief beperkt, toch in vergelijking met andere brouwerijen volgens de benchmarktool. Het gaat natuurlijk om cijfers voor 2023, dus al even in het verleden. Wat de opleidingscijfers betreft, vraag ik mij af of die wel de realiteit weerspiegelen. Dat moeten we nakijken. Dus ja, de cijfers geven een idee… maar ze vertellen niet het hele verhaal. Het plaatselijke management mag een eigen beleid voeren, zolang het de door AB InBev bepaalde targets maar haalt. We ervaren in de brouwerij in Hoegaarden vooral een falend personeelsbeleid. Hoe met het personeel wordt omgegaan door managers is niet oké, respectloos soms. Gevolg is dat we het voorbije jaar heel wat stakingsdagen hadden. Toen bijvoorbeeld een alom gerespecteerde directiesecretaresse, die ook vertrouwenspersoon was, na 35 dienstjaren werd ontslagen barstte de bom. De werksfeer is verziekt. Maar ook de werkdruk is onmenselijk en de afspraken over bezetting en verlof worden niet steeds nagekomen.”