/Sociale partners adviseren over sociale verkiezingen 2024
TEKST Stijn Gryp | Foto Michael De Lausnay | LEESTIJD: 4 MINUTEN | 18 JANUARI 2023
Eind vorig jaar rondden vakbonden en werkgeversorganisaties een advies af in de Nationale Arbeidsraad over de sociale verkiezingen. In dit advies stellen de sociale partners een aantal wijzigingen voor aan de wetgeving. Het advies bevat ook een voorstel voor de exacte periode van sociale verkiezingen in mei 2024. Het is nu aan minister Dermagne en zijn kabinet om de voorstellen van de sociale partners om te zetten in wetteksten en deze door het parlement te loodsen. De ervaring leert echter dat als het over sociale verkiezingen gaat, de unanieme adviezen van de sociale partners grotendeels gevolgd worden.
ONDERNEMING | SOCIALE VERKIEZINGEN /
Vakbonden en werkgeversorganisaties stellen voor om de volgende sociale verkiezingen te organiseren van maandag 13 tot en met zondag 26 mei 2024. Dit betekent dat de voorbereidende periode voor de sociale verkiezingen start in december 2023 (X-60 valt dan van 15 tot en met 28 december 2023), 150 dagen voor verkiezingsdatum Y. We bezorgen jullie in de loop van de komende maanden zeker een overzicht van alle stappen van deze procedure.
Referteperiode voor berekening drempel
Dat de sociale verkiezingen in mei 2024 vallen betekent ook dat de referteperiode voor het berekenen van het gemiddelde personeelsbestand nu al loopt. Deze referteperiode is gestart op 1 oktober 2022 en loopt tot en met 30 september 2023. Op basis van de telling van het personeel tijdens deze periode zal bepaald worden of je onderneming de drempel van 50 werknemers (voor de oprichting van een Comité PB) en de drempel van 100 werknemers (voor de oprichting van een Ondernemingsraad) overschreden heeft. Informeer dus zeker eens bij je werkgever hoe hij deze telling aanpakt.
Voor de interimmers geldt een speciale regeling. Daarvoor moeten ondernemingen een bijlage bij het personeelsregister bijhouden tijdens het tweede kwartaal van dit jaar. Door een unanieme beslissing van de ondernemingsraad kan hier echter van worden afgeweken worden (zie kaderstuk voor meer uitleg).
Voorstellen om wetgeving te wijzigen
In hun advies formuleren de sociale partners verder ook nog voorstellen tot wijziging van de wetgeving sociale verkiezingen.
Zo vragen ze dat de voorwaarden waaraan de systemen die voor het elektronisch stemmen worden gebruikt moeten beantwoorden, op een duidelijkere en bovendien technologieneutrale manier in de wetgeving worden beschreven. Deze systemen moeten de nodige waarborgen bieden inzake betrouwbaarheid en veiligheid en verzekeren dat er geen enkele manipulatie van de geregistreerde gegevens kan gebeuren. Daarnaast is ook het stemgeheim cruciaal en moeten de resultaten van de stemming veilig bewaard worden. Ook de controle van de stemverrichtingen en van de resultaten door de arbeidsgerechten moet worden gegarandeerd. Deze voorwaarden zijn geen overbodige luxe in tijden waar digitale veiligheid vaak onder druk staat.
Interimmers zullen ook in 2024 opnieuw kunnen stemmen tijdens de sociale verkiezingen. De NAR stelt voor dat de voorwaarden waaraan zij moeten voldoen om te mogen stemmen, sterk vereenvoudigd worden. En dat is een goede zaak, want de huidige regelgeving is op dit vlak te complex. Voor de verkiezingen van 2024 zouden alle interimmers die in de periode van 1 november 2023 tot 31 januari 2024 32 arbeidsdagen presteren bij de gebruiker-onderneming, kunnen gaan stemmen.
Voor de oproeping van de kiezers zullen ondernemingen voortaan meteen gebruik kunnen maken van e-mail. Nu is het zo dat de oproepingsbrieven eerst van hand tot hand overhandigd moeten worden. Indien dit niet lukt, kan de brief ook aangetekend per post worden verzonden of met een ander middel waarmee de werkgever het bewijs kan leveren dat de oproepingsbrief door hem werd verzonden en dat de oproepingsbrief werd ontvangen. In 2024 kan de oproeping van de kiezers dus ook meteen per mail, maar dan moet daar wel een akkoord over zijn in de onderneming op dag X. Voorwaarde is ook dat zo’n elektronische verzending enkel gebeurt aan werknemers die beschikken over een e-mailadres van de werkgever en toegang hebben tot een PC die door de werkgever ter beschikking wordt gesteld op de gebruikelijke werkpost van de werknemer. Ook hier geldt dat het bewijs van de verzending van de oproeping en van ontvangst door de bestemmeling de verantwoordelijkheid blijven van de werkgever.
Naast nog een aantal andere voorstellen van meer praktische aard, stellen de sociale partners tot slot voor dat er voor kleine wijzigingen van het PV met de verkiezingsuitslagen niet meer automatisch naar de rechter getrokken moet worden. Het gaat hier dan om vergissingen die van louter materiële aard zijn (bv. foutje in een naam). Het kan dus in geen geval gaan om vergissingen die bijvoorbeeld een impact zouden hebben op de bescherming van een of meerdere kandidaten.
Het volledige advies over de sociale verkiezingen kun je ook terugvinden op de site van de NAR.
-//-
De sociale partners stellen voor om de volgende sociale verkiezingen te laten plaatsvinden van 13 tot en met 26 mei 2024.
_
/Schrapping van register voor uitzendkrachten? Wees waakzaam!
Vraagt je werkgever tijdens een van de volgende ondernemingsraden om unaniem vast te stellen dat de drempel van 100 werknemers werd overschreden? Let dan goed op! Met zo’n verklaring in handen moet je werkgever tussen 1 april en 30 juni 2023 immers geen register voor uitzendkrachten meer bijhouden. Als werknemersdelegatie kan je enkel akkoord gaan met zo een verklaring wanneer:
• er met zekerheid kan gezegd worden dat de drempel van 100 werknemers wordt overschreden, en er dus zeker verkiezingen voor een Ondernemingsraad moeten worden georganiseerd;
• er wordt overgekomen dat er niets wijzigt aan de samenstelling van de technische bedrijfseenheid (TBE).
Ga niet akkoord met zo’n verklaring wanneer bovenstaande voorwaarden niet zijn vervuld! Wanneer er al een Ondernemingsraad is, maar je ‘flirt’ met de drempel van 100 werknemers, dan kunnen de interimmers bij het berekenen van de drempel het verschil maken. Wanneer er geen register wordt bijgehouden, kunnen interimmers er achteraf ook niet meer worden bijgeteld. Dit geldt ook wanneer er sprake zou zijn om de TBE te splitsen. Ga dan zeker niet in op de vraag om het bijhouden van het register voor uitzendkrachten te schrappen. Beter een register dat later overbodig is, dan geen register dat nadien wel nodig blijkt te zijn.